Via Achtergrondinformatie allerlei info over de Bollenstreek (geografisch, historisch, maatschappelijk e.d.)      Ga bij problemen naar PROBLEMEN

 Bron : www.Anno.nl

 

                                  

Vanaf 1800 waren er in heel Europa voorstellingen van vlooiencircussen op jaarmarkten en kermissen. Hierin trokken vlooien kleine koetsjes, zetten ze draaimolens in beweging of schoten ze met een balletje op een klein doeltje. 

De vlooien werden niet getraind met kleine zweepjes, maar reageerden op beloningen. De beste beloning, die de vlooienmeester hen kon geven, was zijn bloed. Even de mouw omhoog en het gezelschap een kwartiertje op de arm laten zuigen tot ze er weer tegenaan konden. De vlooien werden niet gedresseerd. De circusleiders moesten hun diertjes simpelweg zo lang mogelijk observeren om te weten wat hun talenten waren: was de vlo een springer of een loper? De lopers, lage springers, werden in steeds kleinere doosjes bewaard, zodat ze het springen min of meer verleerden. Zij trokken de karretjes, daarmee verbonden aan dunne zilverdraadjes. Springers konden goed doelschieten. Ze werden op een balletje geplaatst en bij hun afsprong lanceerden ze dat automatisch. Vlooien zijn naar verhouding enorm sterk: als een vlo even groot als een mens was, zou hij in één sprong over een piramide kunnen springen en meer dan tienduizend kilo kunnen optillen. 

Alleen de vrouwtjes van de mensenvlo of de egelvlo waren geschikt voor de vlooientheaters, mannetjes en andere soorten waren te klein. De vlooien waren overal te vinden, want de hygiëne liet nog zeer te wensen over. Toen het in de twintigste eeuw steeds gemakkelijker werd jezelf en het huis schoon te houden (door waterleiding, stofzuigers en wasmachines), stierf de mensenvlo langzaam uit. Henri Dillen, de laatste Nederlandse vlooientemmer, moest in 1972 stoppen met optreden: in het hele land was geen geschikte vlo meer te vinden. 

Meer informatie in >>>> Vlooientheater

Terug naar page Vermaak
 

free web stats
.-.