Via Achtergrondinformatie allerlei info over de Bollenstreek (geografisch, historisch, maatschappelijk e.d.)      Ga bij problemen naar PROBLEMEN

Onderwijs

 

Start PROBLEMEN Disclaimer en tips Nieuw(s) Zoeken Info over mijzelf Stamboom algemeen Bekende Nederlanders Stamboom Schrama Documenten Schrama Hulp gevraagd Schrama Pictures Schrama StamboomHulsebosch Documenten Hulsebosch Pictures Hulsebosch Achtergrondinformatie Literatuur Links / tijdschriften Contact Pictures Almelo Muziek Onderwijs

[1] In de Middeleeuwen was het niet ongebruikelijk, dat een jongen op 15-jarige leeftijd ging studeren op de Universiteit. 

[2] Vanaf circa 1560 waren er dorpsscholen waarbij vaak de koster tevens schoolmeester was. [3] Rond 1600 had bijna elk dorp zijn eigen school. 

De eenvoudigste scholen waren de zogenaamde ''kleinkinder'' - of ''matressen''scholen, die zich beperkten tot godsdienst en spellen of lezen. De leeftijd van de kinderen was in principe tot zes jaar, maar de scheidslijnen tussen de verschillende schooltypen waren niet zo duidelijk als later het geval zou zijn.
Bron : Het onderwijs in Delft door E.P. de Booy uit
De stad Delft, Cultuur en maatschappij van 1667 tot 1813, 1982, p.82-86
     

"Een kleinkinderschool uit het laatst der 18de eeuw, in de huishoudkamer der "Matres". Die, al naaiende, luistert naar het kind, dat bij haar schoot staat te lezen. De roede (of gard) hangt achter haar aan den wand."
(
Prent van ''Het Verleden in beeld'' van de site geneaknowhow.net).

[4] In de 17e eeuw werden de leerlingen niet lastig gevallen met veel leervakken, alleen lezen, schrijven en cijferen werd onderwezen. Als de meester een begrafenis moest verzorgen was de oudste leerling zijn waarnemer en dan was het vaak dolle pret. 

Rond 1800 was er nog geen leerplicht. Boeren en landarbeiders zagen het nut van onderwijs niet in en de kinderen mochten vaak alleen in de winter naar school als zij  niet hoefden te werken. De scholen waren dan ook maar een aantal maanden per jaar open. Het belangrijkste vak op de lagere school was lezen met daarnaast ook schrijven en soms rekenen en zingen. Rond 1850 gingen de jongens, als zij 12 jaar waren, als leerling werken om een vak te leren. De meisjes werden vaak dienstbode.  

[5] Eeuwenlang is de schoolmeester tevens koster, voorzanger in de kerk, doodgraver en briefschrijver geweest. Deze combi-functies had hij nodig om zijn gezin te kunnen onderhouden. In een lokaal aan het kostershuis werd ‘’school gehouden’’. De kinderen werden individueel onderwezen. De schoolmeester moest zelf de inrichting van het geheel lege lokaal in de school betalen. Hij moest zelf meubelen, borden, kasten, stoelen, banken en dergelijke aanschaffen. En hij moest ervoor zorgen, dat de leerlingen schoolgeld betaalden. Er waren drie soorten (klassen) leerlingen. Begin 1800 kostte het drie, vijf of zeven en een halve cent per leerling per week, vijftig jaar later vijf, tien of dertien cent (dat is een toename van bijna 100 procent). Kinderen betaalden in plaats van lesgeld soms met een stuk vlees of turven en de meester ging ook vaak bij de boeren eten. Op die manier zorgde het hele dorp voor hem.

Sinds 1857 kregen de kinderen ook aardrijkskunde, geschiedenis, kennis der natuur en zingen. Rond 1875 zaten er soms rond 100 kinderen in één klas.  

[6] In het Openluchtmuseum in Arnhem staat een schoolgebouwtje, het is een replica van een dorpsschooltje uit Lhee (Drenthe). De inwoners van Lhee hadden die speciaal gebouwd in de 18e eeuw omdat ze onderwijs belangrijk vonden. Ze wilden geen oude schuur als school, maar een echt stenen gebouw. De school heeft dienst gedaan tot 1860 toen er een grotere school gebouwd werd.

Het schooltje bestaat uit één lokaal waarin alle leerlingen van alle klassen les kregen. Er is geen gang, geen opbergruimte of toilet, dat was bijna overal in Nederland zo.

           
Foto afkomstig van www.openluchtmuseum.nl

In het midden van het lokaal is een grote plaats voor een vuur. De kinderen namen zelf dennenappels, hout en turf mee om het vuur te laten branden. Rondom het vuur stonden tafels en de kinderen zaten aan de tafels op houten banken zonder leuning. Wanneer er meer dan zeventig kinderen waren, moest er een ondermeester worden gezocht.

De schoolmeester zat achter een hoge lessenaar voor in het lokaal. Hij gaf de kinderen les in lezen, schrijven en kennis van de bijbel. De kinderen schreven met een griffel op een lei en soms leerden ze lezen met een ABC-boekje.

            
Foto afkomstig van www.openluchtmuseum.nl

Ze konden hun spullen bewaren in een houten kistje, dat was hun schooltas. Kinderen die ‘dom’ waren, kregen voor straf een bord om hun nek waarop een ezel was geschilderd. Als één van de kinderen ondeugend was, gooide de meester de ‘pechvogel’ naar hem toe, een van stof gemaakte vogel. Het kind moest die dan terugbrengen en kreeg straf. De straf bestond vaak uit een klap op de hand met de ‘plak’, een ronde houten schijf aan een steel. Eigenlijk was het slaan van kinderen verboden, maar veel onderwijzers wisten geen andere manier om de orde te bewaren. De meeste ouders vonden ook dat een klap op zijn tijd geen kwaad kon.

Kinderen van rijke ouders gingen naar sjieke scholen en wisten ook zeker dat ze een goede baan zouden vinden. Kinderen die geen rijke ouders hadden, gingen soms helemaal niet naar school. Ze moesten van jongs af aan werken. Veel volwassenen konden dus niet lezen of schrijven. In 1811 kon 25% van de mannen en 40% van de vrouwen hun naam niet schrijven. De meeste kinderen gingen in hun leven wel een paar jaar naar school, ook al bleven ze vaak weg van school. Dat was geen spijbelen, want het was in de 19e eeuw nog niet wettelijk verplicht om naar school te gaan. ’s Zomers was de school gesloten, dan werkten de kinderen mee op het land. Ook ’s winters was het niet al te druk, slechts 10 tot 20% van de kinderen bezocht de school. Meisjes gingen nog minder naar school dan jongens. Zij zouden later toch trouwen en een gezin krijgen. Hun ouders vonden het niet zo belangrijk of zij leerden lezen en schrijven.

De regering probeerde wel om zoveel mogelijk kinderen naar school te laten gaan. De ouders mochten zelf beslissen of hun kind wel of geen onderwijs volgde. Het enige dat de regering kon doen, was het inhouden van geld (bedeling) voor de armen (dit werd alleen in het noorden van het land gedaan). In 1858 ging bijna 75% van alle kinderen in Nederland naar school. De mensen vonden het toch steeds belangrijker dat hun kind naar school ging. In 1901 werd de leerplichtwet ingesteld en vanaf toen moesten alle kinderen zes jaar lang les krijgen op de lagere school.

Op school leerden de kinderen in de negentiende eeuw eigenlijk alleen lezen, schrijven, een beetje rekenen en kennis van de bijbel. Tot 1860 was het belangrijker wàt er werd gelezen dan dat je echt leerde lezen. In boekjes stond geschreven hoe een kind zich moest gedragen. Die brave boekjes verdwenen op een gegeven moment. Braaf was voortaan saai. Er kwamen ook meer plaatjes in de schoolboeken. Op het platteland kregen de kinderen rekenlessen waar ze later in het huishouden of het boerenbedrijf wat aan hadden. De eerste echte rekenmethode kwam in 1875. Toen er ook nog vakken als Nederlandse taal (woordsoorten en zinsontleding), zingen en geschiedenis kwamen, moesten de kinderen voortaan veel eerder leren lezen. Anders konden ze die nieuwe vakken niet leren.  

Een schoolmeester hoorde bij de belangrijke mensen in het dorp, net als de dokter en de burgemeester (maar hij was dus niet zo rijk). De regering vond op een gegeven moment dat onderwijzers geen bijbaantjes meer moesten hebben. Een onderwijzer moest zich alleen met lesgeven bezighouden. De regering bedacht een salaris dat alle onderwijzers voortaan moesten krijgen, zodat hij geen bijbaantje meer nodig had.

Terug naar Achtergrondinformatie

Naar boven

Hier volgen nog wat prenten te maken hebbend met het onderwijs in het verleden.


(Prent van ''Het Verleden in beeld'' van de site  geneaknowhow.net).
De verzameling van vader Jan en zoon Caspar Luyken bestaat uit 100 etsen van beroepen met daarbij moraliserende rijmpjes en dateert van omstreeks 1690.


                            Schoolmeester (17e eeuw)

                  (Prent van ''Het Verleden in beeld''
                   van de site  geneaknowhow.net).

 

De schoolmeester

 

Prent van ''Het Verleden in beeld'' van de site geneaknowhow.net.

 

 

 



 

 

 

 

 

 

De schoolmeester (door Jan Steen)

 

Prent van ''Het Verleden in beeld'' van de site geneaknowhow.net.

 


 

 


 

 

 

 

 

 


De schoolmeester

(door Jan Steen)
(Prent van ''Het Verleden in beeld''
van de site  geneaknowhow.net).

 

 

 

 

 

 

 

 


Terug naar Achtergrondinformatie

Naar boven
 


[1] Bron : Losbandige jeugd, Groenendijk

[2] Bron : Geschiedenis van de school in Nederland, Boekholt

[3] Bron : Het Hollandse Huisgezin, 1560-heden, D.Damsma

[4] Bron : Geschiedenis van Bloemendaal en Aerdenhout, Mr. C.W.D. Vrijland e.a.

[5] Bron : Hillegomse Geschiedenissen, A.M. Hulkenberg

             

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Schooltje, Lhee  vroeger

 

 

 


 

 

 

 

 



 

Onderwijs

free web stats
.-.