Via Achtergrondinformatie allerlei info over de Bollenstreek (geografisch, historisch, maatschappelijk e.d.)      Ga bij problemen naar PROBLEMEN

  Akker- en tuinbouw

 

Start
PROBLEMEN
Disclaimer en tips
Nieuw(s)
Zoeken
Info over mijzelf
Stamboom algemeen
Bekende Nederlanders
Stamboom Schrama
Documenten Schrama
Hulp gevraagd Schrama
Pictures Schrama
StamboomHulsebosch
Documenten Hulsebosch
Pictures Hulsebosch
Achtergrondinformatie
Literatuur
Links / tijdschriften
Contact
Pictures Almelo
Muziek

 


Akker- en tuinbouw

Ik raad U aan eerst de Inleiding te lezen voordat U een specifieke paragraaf leest.
                                
 

Prent van ''Het Verleden in beeld'' van de site geneaknowhow.net.
(De verzameling van vader Jan en zoon Caspar Luyken bestaat uit 100 etsen van beroepen met daarbij moraliserende rijmpjes en dateert van omstreeks 1690). 

 

 

 

[1] [2] [3] [4] [5] [6] In de lagere delen van de duinen werd aan akkerbouw gedaan. Er werd een veelheid aan akkerbouwproducten verbouwd onder andere graan, rogge, haver, boekweit, vlas, hennep, koolzaad, lijnzaad en raapzaad. Lijn- en koolzaad waren de grondstoffen voor olie (voeding en verlichting), van het uitgeperste zaad werden veekoeken gemaakt. Dankzij het gematigde klimaat kent de streek al sinds de Middeleeuwen (400 tot 1550)  tuinbouw. In eerste instantie teelde men grove groenten zoals rapen, wortelen en bonen.

[7] Wanneer veen wordt ontwaterd treedt er een proces van daling van het maaiveld op als gevolg van klink. Omstreeks 1350 werd het land door inklinking te nat om graan te verbouwen. Er waren toen nog geen molens. De boeren werden genoodzaakt om  gaandeweg over te schakelen van akkerbouw op veeteelt. De graanakkers op de hogere zandgronden hebben nog lange tijd behoorlijke oogsten opgeleverd. In de 16e eeuw werd ook hop geteeld voor de bierbrouwerijen in Haarlem en Leiden. Belangrijke handelsgewassen waren in die tijd vlas, de grondstof voor de linnennijverheid en hennep voor de touwslagerijen en zeilmakerijen onder meer in Katwijk en Noordwijk.

Elke boerderij had zijn eigen kruidentuin en enkele dorpen hadden medicinale kruidentuinen voor de handel. Kruiden werden voor allerlei doeleinden gebruikt ‘’voor verdrijving van de wormen uit de buik, het ritsig (bronstig) of loops maken van viervoetig vee, het breken van den steen, het rijzen van het gravendeel (niergruis), zachte kamergang (betekent waarschijnlijk stoelgang in de kamer) en het verstrekken van veel melk aan zogende moeders’’. [8] Kruiden werden ook ‘’gedolven’’ in de duinen. Vergunningen hiertoe werden verstrekt aan apothekers. Noordwijkse kruidenvrouwtjes kwamen in het voorjaar en in de zomer hun boezelaars vullen met kruiden voor een beroemde drogerij.

De landbouw heeft in de duinen nooit een grote vlucht genomen door de voortdurende strijd tegen de natuur, met name tegen het stuivende zand, de konijnen, de wateroverlast in de natte moerasachtige valleien en de ontoegankelijkheid van de duinen. In de duinen bij de Zilk ligt er sinds de Middeleeuwen een oud stuk cultuurgrond, genaamd Schrama, het was een deel van een langgerekt moeras tussen twee duinenrijen. Ook daar zal de landbouw nooit een grote vlucht genomen hebben.

[9] ‘’In de 17e eeuw konden de boeren in de kustprovincies niet concurreren met het goedkope graan uit het Oostzeegebied  en dat verbouwden ze dus ook weinig. In het algemeen produceerden ze nauwelijks voor de eigen bevolking. Exportproducten zoals vlees, boter en kaas, maar ook vlas, hennep en hop (grondstoffen voor respectievelijk linnen, touw en bier) leverden immers veel meer op.’’

‘’Sinds het einde van de 17e eeuw ging het relatief steeds minder met de economie. Er was minder vraag naar de traditionele exportgewassen en de graanimport uit het Oostzeegebied liep terug. Boeren in de kustprovincies produceerden steeds meer voor de binnenlandse consumptie zoals rogge en vooral het nieuwe product aardappel.’’

[10] Vanaf de 17e eeuw ontwikkelde zich de teelt van fijne groenten zoals sla, andijvie, spinazie, doperwten, peultjes, snijbonen, bloemkool, komkommer, tomaten en asperges. Er waren Schrama’s en ook aangetrouwden die het beroep van tuinier uitoefenden. Rond 1800 werd op enkele plaatsen reeds gebruikgemaakt van kassen. Aardbeien en diverse soorten bessen uit de streek waren dan ook zeer bekend. Rond 1800 was de vlas- en hennepteelt een afgelopen zaak. Veel boeren schakelden toen over op de verbouw van aardappelen. Waarschijnlijk is professor D.J. van Lennep, eigenaar van het Huis te Manpad in Bennebroek, [11a] het Marïenduin en de gond van de hofstede Marïenbosch, de grote stimulator geweest in onze streek. In 1803 experimenteerde hij met aardappelteelt in de duinen. Het grote succes van de aardappelteelt in de duinen was ten dele een gevolg van de aardappelziekte, dier zich sinds 1845 in Nederland verbreidde en alleen de duinen bleven daar vrij van. Talrijke boomgaarden leverden appelen, peren en pruimen. De tuinbouwproducten werden verhandeld op de markten van Amsterdam, Haarlem en Leiden. De groente- en fruitteelt, de veehouderij en de verbouw van aardappelen nam beduidend af in de 19e eeuw. Het werd de tijd van de bloembollenteelt. Grootschalige bloembollenteelt is pas anderhalve eeuw oud. De massateelt van bloembollen is debet aan grootschalige afgravingen. De oorsprong van de bollenteelt lag in de omgeving van Haarlem, waar groentekwekers rond 1700 met het kweken van bollen begonnen. Ook op het oude stuk cultuurgrond, genaamd Schrama, werden op kleine schaal bloembollen geteeld.

[11b] [11c] De Belgen maakten eerder kennis met de tulpenbollen uit Turkije dan de Nederlanders. De tulp kwam in 1562 in Antwerpen aan. Een koopman vond ze als uitjes niet te eten, maar toen de bolletjes in zijn moestuin uitkwamen, werd hun sierkwaliteit duidelijk. In 1593 kwam de tulp naar Leiden. De tulpengekte in Nederland begon in 1630. De bloem was een statussymbool van de Nederlandse elite. Er werden exorbitante prijzen voor betaald, per bol tot 3000 gulden. Kon je ook een grachtenpand in Amsterdam voor kopen !!!!  Er werden contracten afgesloten waarin beloofd werd tulpen te leveren zodra die beschikbaar waren. De gekte eindigde na jaren van speculeren met de prijs van een tulpenbol ,tot boven de prijs van goud, in 1637 met een ‘’tulpenbollencrisis”, maar de tulp bleef belangrijk voor ons land.

Het boerenleven in de achttiende eeuw  >>>>>>>>>  boerenleven in de 18e eeuw

[12] In de 19e eeuw waren er in de akkerbouwgebieden zowel inwonende als uitwonende arbeiders. De uitwonende vaste arbeiders kregen een beloning in de vorm van huisvesting, een landarbeiderswoninkje tot hun beschikking of te huur. En zij hadden vaak een schaapsweide of een aardappelveldje. Het was niet ongebruikelijk dat de huur in natura betaald werd. Het was niet ongebruikelijk dat de helft van de opbrengst aan aardappelen en groente voor de boer was. De arbeiders daarentegen kregen de mogelijkheid om het paard en de werktuigen van de boer te gebruiken voor het bewerken van het veldje en het weitje.

        
Rond St. Jacob (25 juli) werd de rogge gemaaid.
Bron : Staring Instituut
(Centrum voor het streekeigene van Achterhoek en Liemers)
www.staringinstituut.nl

Een andere vorm van beloning was het ‘arenlezen’.  De uitwonende vaste arbeiders hadden recht op het graan dat na de oogst op het land achterbleef. Het was ‘bedrijfsafval’ maar er bleef best wel veel liggen op het land. De opbrengst van het ‘arenlezen’ maakte vijf tot tien procent van het loon uit. De boeren waren er niet zo weg van want het werkte slordig oogsten door de arbeiders in de hand. In delen van Groningen bestond het recht op het gestorven vee. De boeren waren hier ook niet zo weg van want het kon moedwillige verwaarlozing in de hand werken.
Bij herenboeren mocht het inwonende personeel vrijwel nooit in het woongedeelte van de boerderij komen. Het personeel at niet in dezelfde kamer als de boer en zijn gezin en vaak waren er verschillende toiletten. Het gezegde was dan ook ‘Ze wonen apart, ze eten apart en ze schijten apart’.              

[13] ‘’ Van 1850 tot 1880 kende de landbouw een redelijke voorspoed. ‘’ Wel waren er periodieke misoogsten, onder meer als gevolg van de aardappelziekte, die enorme prijsstijgingen tot gevolg hadden en in veel steden tot armoe leidden, terwijl juist in slechte tijden aardappels voor de meeste arbeiders het hoofdvoedsel vormden. Aan het eind van de jaren zeventig brak een heuse, ongeveer twee decennia durende,  landbouwcrisis uit. Dat was vooral het gevolg van de enorme toename van de invoer van goedkoop graan uit de Verenigde Staten, waartegen Nederlandse boeren niet konden concurreren. Het gevolg hiervan was een flinke emigratie van het platteland naar de stad. Op de lange termijn had de agrarische crisis echter gunstige gevolgen : boeren gingen massaal over op de teelt van andere, meer rendabele gewassen zoals fruit en groente en ook de veestapel groeide. De landbouwsector groeide vanaf circa 1895 weer flink.’’   

[14] ‘’ Het was een hard leven voor de boerengezinnen in de duinen want veel wilde er niet groeien in het voedselarme duinzand. Aardappels, dat lukte nog wel. De duinpiepers verkregen zelfs enige vermaardheid om hun goede smaak.’’


Hier is ''Weerts Toone'' (bijnaam) met zijn dochters
ergens in Twente aan het ''
earpel gaddern''.

Bron : het boek ''Van Marke naar Maatschap, 150 jaar landbouw in Haaksbergen'',uitgegeven door het Historisch Centrum Haaksbergen.


Hier is de boer zijn rogge aan het oogsten op ''het erve Knippert'' aan de Hulstweg in Haaksbergen.

De foto is gemaakt in 1944.
Bron : het boek ''Van Marke naar Maatschap, 150 jaar landbouw in Haaksbergen'',uitgegeven door het Historisch Centrum Haaksbergen.


 

Nu (2010) is Erve Knippert geen ''echte'' boerderij meer, er wordt niet meer ge-oogst met paard en wagen, maar er wordt nu gezorgd voor de mens en voor het jonge vee. Erve Knippert is nu een zorgboerderij en jongvee opfokbedrijf  >>>> www.erveknippert.nl .



            Bron : het boek ''Van Marke naar Maatschap, 150 jaar landbouw in Haaksbergen''.
                         Uitgegeven door het Historisch Centrum Haaksbergen.

Terug naar achtergrondinformatie

Naar boven

[1] Bron : De Duin- en Bollenstreek in caert gebracht, J.J.J.M. Beenakker

[2] Bron : 750 jaar kerk in Hillegom, J.J.J.M. Beenakker

[3] Bron : Lisse op de grens van droog en nat, J.J.J.M. Beenakker

[4] Bron : Hillegomse Geschiedenissen, A.M. Hulkenberg

[5] Bron : ‘t Vermaaklijk Hillegom, A.M. Hulkenberg, uitgeverij Repro-Holland, Alphen a/d Rijn, 1972

[6] Bron : Heemstede in de historie, Leven, werken, handel en koehandel in de woonplaats van Emece, mr. JW Groesbeek

[7] Bron : Holland Historisch Tijdschrift 2005-4, Boeren op het veen (1000-1500), W. Ettema

[8] Bron : Lezen in het duin, Gert Baeyens en Jaap Duyve,
                                                                      Stadsuitgeverij Amsterdam / Gemeentewaterleidingen Amsterdam, 1991

[9] Bron: Verre Verwanten, R. van Drie en K. Noorda, Teleac / Kosmos – Z & K, Utrecht, 2005, in samenwerking met CBG

[10] Bron : Holland Historisch Tijdschrift 2005-4, Boeren op het veen (1000-1500), W. Ettema

[11a] Bron : Lezen in het duin, Gert Baeyens en Jaap Duyve,
                                                                      Stadsuitgeverij Amsterdam / Gemeentewaterleidingen Amsterdam, 1991

[11b] Bron : De Twentsche Courant Tubantia 21-2-2009

[11c] Bron : Lezen in het duin, Gert Baeyens en Jaap Duyve,
                                                                       Stadsuitgeverij Amsterdam / Gemeentewaterleidingen Amsterdam, 1991

[12] Bron : De geschiedenis van het Boerenleven in Nederland, deel 5 : Meiden en knechten,
                                                                                                              Cor van der Heijden, Waanders Uitgevers

[13] Bron: Verre Verwanten, R. van Drie en K. Noorda, Teleac / Kosmos – Z & K, Utrecht, 2005, in samenwerking met CBG

[14] Bron : Loosterweg 1,2,3 door Hans van de Reep

Terug naar achtergrondinformatie


Naar boven

Start | Inleiding | Verantwoording en betrouwbaarheid | Herkomst van de naam 's Gravenmade | Welgeborenen | Leenmannen | Het landschap van de Duin- en Bollenstreek | Van eerste bewoners tot dorpen | Akker- en tuinbouw | Veeteelt | Mest, turf en zand | Konijnen | Blekerijen en wasserijen | Kalkovens en steenfabrieken | Beroepen | Vervoer over land | Vervoer over water | De aanleg van de trekvaart | Landbezit | Woningen, boerderijen en interieur | Communicatie | Politiekbuiten | alle dorpen in de Bollenstreek | Lisse | De Zilk | Noordwijkerhout | Sassenheim | Voorhout | Vogelenzang | Heemstede | Bennebroek | De Kerk | De  Maatschappij | Het Huwelijk | Bevruchting en bevalling | Het Gezin | Het Huishouden | Gezondheid(szorg) en hygiëne | Eten, drinken en genotsmiddelen | Vermaak | Onderwijs | Inkomen, uitgaven en prijzen | Beroepen en functies van de voorouders

 

Deze pagina is voor het laatst bijgewerkt op 04/25/16

Akker- en tuinbouw

free web stats
.-.